We vroegen ons al een tijdje af wat die blauwgekleurde flipperkasten in de bib van de
3e graad deden. Een casino? En dat op onze ‘welgemanierde’ school. Niet echt opvoedend zou je zo denken. Nochtans leidde onze leerkracht aardrijkskunde ons zonder gewetensbezwaren naar die goktent.
Vóór ons waren een led, een spaarlamp, een gloeilamp van 15W en een gloeilamp van 60W opgesteld. Aan de hand van energieberekeningen kwamen we te weten welke lamp het voordeligst is voor het milieu én niet onbelangrijk: de portemonnee. Nee, nee, fout gedacht, het was niet de spaarlamp die won. De led kwam naar voren als de grote overwinnaar. Ter vergelijking: een gloeilamp van 60W kost ons per jaar ongeveer €30, een gloeilamp van 15W ongeveer €14, een spaarlamp zorgt voor een kost van €3 per jaar en tenslotte… (tromgeroffel) … de led met zijn €1.5 per jaar. Dus vanaf nu gaan we natuurlijk massaal voor de led. Het enige nadeel is dat de aankoop ervan zeker en vast duurder uit zal vallen dan een milieuvervuilende gloeilamp, maar ‘vooruitziend denken’ luidt het motto.

Daarna mochten/moesten we ons naar hartenlust uitleven in het casino. Het eerste wat we moesten doen was ons balletje in de roulette gooien. Op elk vak stond een vraag waarbij we werden doorverwezen naar één van de negen flipperkasten. De flipperkasten gaven ons het antwoord.. Eén van de vragen luidde bijvoorbeeld: ‘Zoek het percentage van de geheime CO2 uitstoot van GSM.’ Of ‘Van welke planten wordt biodiesel gemaakt?’ Alle vragen stonden op punten wat ons extra motiveerde.

Dit was toch wel de meest educatieve goktent die ik ooit bezocht heb. Bovendien was het ook een fijne variatie op de lessen aardrijkskunde.
(Laura Hollevoet)